"Dank voor het komen," zei de bebaarde Braziliaanse dichter Ricardo Domeneck (bouwjaar 1977) nadat hij het podium had beklommen. Om zijn dankwoord vervolgens droogkomisch af te sluiten met 'weer een volle zaal om teleur te stellen'. Domeneck die in Berlijn woont, was naar Amsterdam gekomen voor de presentatie van zijn bundel Het verzamelde lichaam (Uitgeverij Perdu).
Ik weet weinig van Brazilië, behalve dan de verhalen over de vernietiging van het regenwoud en de drugsoorlogen. Mijn kennis van de Braziliaanse poëzie reikt niet veel verder dan de erotische gedichten van Carlos Drummond de Andrade, auteur van 'Billehoning billekleur billelief' (hele gedicht onderaan dit bericht) waarin het achterwerk in al haar glorie wordt geprezen: "…billen duizendvormig, multibil unibil / bil in bloei, bil in al / manebil en zon in / billegloren." Andrades gedichten kent u misschien uit de documentaire 'O Amor Natural' van Heddy Honigmann. Een bejaard stelletje steelt in die docu de show door te glimlachend te beweren dat de erotiek aan hen niet verloren is gegaan en dat hun liefdesleven nog altijd bruist.
Andrades landgenoot Domeneck sprak ook over de liefde maar uitgebreider over slavernij, racisme en genocide. Hij vertelde over Portugese houthakkers die trouwden met inheemse vrouwen, niet uit liefde maar om aan goedkope arbeidskrachten te komen. Volgens de traditie behoorde de familie van de bruid namelijk aan de bruidegom. Halfbloedjes uit deze verstandshuwelijken werden door beide bevolkingsgroepen met de nek aangekeken. Zij werden later de meest gevreesde indianenjagers.
Ook sprak Domeneck over de politiek van nu en hoe zijn liefdesgedichten, omdat ze over homoseksuele relaties gaan, in Berlijn normale liefdesgedichten zijn, maar in zijn katholieke thuisland als politiek worden ervaren. Een van die liefdesgedichten deelde hij met ons. Lange tijd schreef Domeneck bij iedere verjaardag van zijn vriendje een gedicht. "Een volledige verkwisting van woorden," zei hij, "maar ik heb tenminste de gedichten nog."
Het gedicht 'Tekst waarin de dichter zijn vijfentwintigjarige minnaar viert' (hele gedicht onderaan dit bericht) opent met de regels "Er waren / oorlogen die langer duurden / dan jij. Ik wens je geluk / vandaag / want je overtrof met succes de levensverwachting / van een giraf of een vleemuis." Aan het einde wordt de jarige job vergeleken met een ander dier: 'Ik vier je geest onder je haren, in erectie, / als aanhangsel van je lichaam / je penis. / Ergens / bereikt een varken, jouw tijdgenoot, / het toppunt van zijn rondbuikige bestaan, / en ik vraag, / uitgeput en zwetend, of de minnaars, / nu hun wimpers / eindelijk verenigd zijn, schaapjes tellen / voor/ ze inslapen, euforisch en drachtig."
Ik weet dankzij Het verzamelde lichaam weer iets meer van Brazilië, haar poëzie en haar achtergrond. Landschildpadden schijnen 250 jaar oud te kunnen worden. Ik heb nog 210 jaar te gaan om mijn geliefde ermee te mogen vergelijken.
*
P.s. deze column verscheen op 9-10-2015 in de Leeuwarder Courant - www.lc.nl
Het gedicht van Ricardo Domeneck vertaald door Bart Vonck
*
Het gedicht van Carlos Drummond de Andrade vertaald door August Willemsen
*
Het verzamelde lichaam
Ricardo Domeneck
Vertaald uit het Portugees door Bart Vonck
Uitgeverij Perdu
ISBN 978-90-5188-102-8
ca. 120 p | € 19,95
Web: http://www.perdu.nl/