Tsead Bruinja heeft een nieuwe, tweetalige dichtbundel en gaat het podium op, met Arnold de Boer van eenmansband Zea. Een gesprek over poëzie: abstract, anekdotisch, embedded.
Tsead Bruinja is dichter met podiumervaring, Arnold de Boer maakt muziek (als Zea) en doet dat tegenwoordig met Friese teksten. Er is dus overlap, en dat zal ook blijken bij hun gezamenlijke ‘skuorre- en tsjerketoer’ langs noordelijke kerkjes en andere opmerkelijke plekken. Ze zijn stadgenoten, Friezen om utens in Amsterdam. en ze zijn wel vaker samen op pad.
Dat gaat dan ongeveer zo. ,,Dan zeg ik tegen Arnold: ik wil een heel klein beetje muziek. Eén noot en dan tien tellen niks. Ik luister naar hem, hij luistert naar mij. Als hij gas geeft geef ik gas bij, of ik rem af. Dan stuur je elkaar, en prikkel je elkaar.” Muziek geeft meer ruimte aan de tekst, zegt hij. Laat ‘t ademen. En: ,,Je kunt stiltes laten vallen.”
docu over Zea - ook via de NPO te bekijken https://www.npostart.nl/fryslan-dok/26-03-2022/POW_05160218
Poëzie openbreken
Het is een manier om de poëzie naar buiten te brengen, open te breken als het ware. Daar heeft Tsead Bruinja meer wegen voor. Speciale projecten als Springtij: dichten over en met tbs’ers , of Portretten in poëzie , een soortgelijk procédé maar dan met bewoners van verzorgingstehuizen. Het theaterproject Tuimelaar , met Jules van Hulst - eerder werkten ze samen voor projecties op de Leeuwarder Oldehove. Zijn status als Dichter des Vaderlands, toen hij twee jaar lang gedichten schreef bij de actualiteit.
Al die activiteiten, op Springtij na dat een eigen boekje kreeg, lieten hun sporen na in Ynbêde/Ingebed , zijn nieuwe, tweetalige bundel. Die titel zegt het al, embedded - in de wereld. ,,In het Nederlands zit ‘bidden’ er ook in. Ik ben helemaal niet van de woordspelerij, maar dit vond ik wel mooi.”
Tweetaligheid is niets nieuws voor hem. Zijn Dichter-des-Vaderlands-gedichten verschenen in NRC , in het Nederlands. Toch beschouwt hij Ynbêde/Ingebed vooral als een Friese bundel.
Voorheen leverde hij bij zijn Friestalige bundels altijd wel een ,,boekje van de copyshop”, met vertalingen. ,,Het vertalen levert altijd wat op, dan kom je weer achter dingen van het origineel.”
Vertalen, een intensieve manier van lezen
Vertalen is tenslotte een heel intensieve manier van lezen, en een gedicht kan zelfs voor zijn schepper nog geheimen hebben. Hij heeft dat ook wel bij het voordragen. ,,Dan lees je een gedicht voor, van misschien wel tien of twintig jaar geleden, en dan zie je ineens: O, ja! Daar kwam dat vandaan!’”
Je zou zeggen dat zijn oorspronkelijk Friese gedichten dichter bij hemzelf staan dan wanneer ze, zoals vaak zijn Dichter des Vaderlands-gedichten, het Nederlands als startpunt hebben. Maar dat ligt genuanceerder, zegt Bruinja, Hij wijst naar Liever naar het Malieveld dan aan de hanebalk , over de boerenprotesten en over zelfmoord in die sector. ,,Het boerenleven, dat staat dicht bij mijn familie. Zelfmoord niet.”
En wat is dat eigenlijk, persoonlijk? Als je een gedicht maakt over Westerbork, of over Oekraïne? ,,Als je dat ziet, op het nieuws, dan snijdt me dat dwars door de ziel.” Hij is er weleens geweest, voor een festival. In Tsjernivtsi, geboortestad van de grote dichter Paul Celan. ,,Ik ken de trots van die mensen daar wel.”
Zo kunnen gedichten bij de actualiteit, of wegens een opdracht, best heel persoonlijk uitvallen. ,,Het is maar net wat voor idee je vindt. Of wat voor ingang.”
Een deel van de gedichten in Ynbêde/Ingebed komen uit Tuimelaar , dat tweetalige theaterproject met Jules van Hulst. ,,Door met hem te werken, wordt er wat anders van mij gevraagd. Teksten die meer ruimte geven. Zulke gedichten hebben een wat andere kleur, een andere stijl. Filosofischer, ja, dat is een breed woord. Abstracter misschien.”
Een tumor hing aan haar lever
Die toon wisselt Bruinja graag af met meer anekdotisch getinte gedichten. Soms uitgesproken rauw, zoals in een titelloos gedicht over zijn moeder: ‘in tumor hing aan har lever / gestold eiwit uit de barst / van een gekookt ei’.
,,Ik hou van dat abstracte en dat directe, naast elkaar. In dat heel directe zit soms iets zen-achtigs, iets meditatiefs. Als je gedichten van Raymond Carver leest, of van Jack Kerouac... Daar zit ook dat harde in. En daar dan dat ‘zen’ uithalen.”
Zijn persoonlijke leven komt ook langs: zijn scheiding, het huis dat hij op het laatst toch niet hoefde te verkopen, de ontmoeting met zijn nieuwe liefde, de hond. ,,Dat was aan de hand in mijn leven. Het is erg veranderd, en wel ten goede.”
Dan vertelt hij over de reeks gedichten naar aanleiding van gesprekken met twee oude mannen. ,,Net als bij die gedichten met die tbs’ers ben ik wel benieuwd of dat genoeg is. Omdat het eigenlijk heel direct hun woorden zijn, Qua klank gebeurt er niet zoveel in. Het is toch een vorm van poëzie via hun. Wat is dat dan, een gedicht maken? Wanneer is een gedicht groot genoeg, of fel genoeg, of spannend genoeg?”
Maar de samenstelling, het componeren van zo’n bundel: ,,Dat is altijd zoeken. Hoe zet je het bij elkaar, hoe komt het op spanning te staan? Je doet het wel vanuit een heel persoonlijke concentratie. Ik hoop altijd dat mensen het als een geheel lezen Als een compleet mens, een compleet leven. Met al zijn tegenstrijdigheden, inconsequenties, liefde en boosheid.”
Schakelen
Hij zegt dat bij het schrijven steeds het woord ‘terloops’ bij hem opkwam. ,,De inhoud is helemaal niet zo ‘terloops’. Maar misschien is dat mijn angst ook wel. Dat die gedichten zo direct zijn, dat je er zo bij langs loopt. Dat je denkt: ‘ja, aardig’. Toch denk ik dat het de moeite loont om door te zetten en de tijd ervoor te nemen. Maar daarvoor moet je wel schakelen. Je leeshouding kan niet de hele bundel door hetzelfde zijn.”
Terug naar Arnold de Boer, met wie hij de komende maanden kerken en schuren op stelten zal zetten. Met hem heeft hij tot dusverre nog niet samen nieuw werk gemaakt - maar dat kan nog. Hij heeft wel contact over een project met de Zeeuws-Vlaamse muzikant Broeder Dieleman en zelfs - verrassing - met Peter Slager, bassist en lang niet onomstreden tekstschrijver van de even Zeeuwse band Bløf. Dat moet in ieder geval tot een gezamenlijk optreden leiden. ,,Ik vind het anders wel mooie teksten. Hij buigt de taal weleens, dan moet het precies zo en zo gezegd worden.”'
Om nu zijn eigen gedichten plompverloren op muziek te zetten, hm. ,,Ik hou wel van poëtische songteksten. Maar dat is dan niet hetzelfde als een gedicht, zeker niet als mijn gedichten. Dat op cd? Ik zou het zelf nooit opzetten. Bij performen gaat het om de spanning van het moment. Dingen bij elkaar brengen. Het moment, de blik, de muziek. Dat aanvoelen, en als het goed is, dan klopt het. Dan is er ook ruimte voor abstractie. Dat er vertrouwen ontstaan, net als wanneer je leest, of naar muziek luistert. Dan weet je ook niet alles. Maar dat is juist heel spannend.”
Bundel: https://websjop.afuk.frl/nl/winkel/ynbede-ingebed-gedichten/